Madrid, Baskenland, Navarra en Catalonië waren de enige vier Spaanse autonome gemeenschappen die in 2018 de gemiddelde welvaart per hoofd van de bevolking in de Europese Unie overschreden, terwijl zes andere regio's (de Canarische Eilanden, Castilla-La Mancha, Andalusië, Extremadura en de autonome steden Ceuta en Melilla) volgens de gegevens van Eurostat onder dit gemiddelde blijven.

Madrid was de rijkste van de Spaanse regio's in 2018, met een bbp per hoofd van de bevolking van 35.000 euro, dat uitgedrukt in koopkrachtpariteiten (pps) 37.600 pps bedroeg, wat overeenkomt met 125% van het EU-gemiddelde per persoon. Daarna volgde Baskenland met 33.200 euro en 35.600 pps (118%), Navarra met 31.400 euro en 33.700 pps (112%) en Catalonië met een bbp per hoofd van de bevolking van 30.400 euro en 32.600 pps (108%). Aragon, dat een jaar eerder het gemiddelde BBP per hoofd van de bevolking van de EU had overschreden, verliet deze groep in 2018 en registreerde een gemiddelde rijkdom die identiek is aan het gemiddelde voor het hele blok, met 28.2000 euro en 30.200 pps.

Aan de andere kant bevinden zich de Canarische Eilanden, met een bbp van 20.900 euro en een vermogen per persoon in termen van koopkracht van 22.400 pps, wat overeenkomt met 74% van het EU-gemiddelde, gevolgd door Castilla-La Mancha, met 20.400 euro en 21.800 pps (72%), Andalusië, met 19.100 euro en 20.800 pps (68%) en Extremadura, met 18.800 euro en 20.100 pps (67%).

De groep Spaanse regio's die onder 75% van het gemiddelde ligt, wordt aangevuld met de autonome steden Ceuta, met 20.100 euro en 21.600 pps (72%), en Melilla, met 18.500 euro en 19.900 pps (66%). In een betere situatie dan de vorige waren de Balearen (98%), La Rioja (97%), Castilië en Leon (85%), Cantabrië (84%), Galicië (82%) en Asturië (81%). Murcia, aan de andere kant, staat een punt boven de 75% drempel.

Geen van de Spaanse gebieden behoorde in 2018 tot de rijkste van de Unie.

Infobron: EUROSTAT