U bent hier

Kansrijke sectoren

Deze landenpagina werd met de grootste zorg samengesteld maar houdt nog niet overal rekening met de meest recente gevolgen van de coronacrisis.

Mijnbouw

De mijnbouwsector blijft de motor van de economie. Sinds 2017 zijn de prijzen voor koper opnieuw gestegen door de toename van elektrische voertuigen, met voornamelijk kobalt dat een strategische hulpbron is geworden voor de auto-industrie. Ook tijdens de pandemie bleef de Congolese mijnbouwsector het al bij al goed doen en bleek de stijgende productie in de sector een belangrijke rem op het krimpen van de economie van het land in 2020.  

Het belang van de sector zal in de nabije toekomst enkel toenemen. Met de opening van de Kamoa-Kakula kopermijn in het derde kwartaal van 2021 begon de ontginning van een van de grootste mijnbouwprojecten in de wereldgeschiedenis. Als alles naar verwachtingen verloopt, zal het project tegen 2025 het op één na meest productieve mijnbouwproject ter wereld worden.

Er wordt dan ook verwacht dat dankzij deze investeringen het bbp in 2022 met 5% zal groeien. Deze investeringen verhogen namelijk de productiviteit en de netto export. Al meer dan 98% van de export komt van de mijnindustrie, wat een belangrijke fiscale inkomstenbron voor het land betekent. 

Het uitgebreide scala aan minerale grondstoffen wordt geschat op meer dan 1.000, waaronder een 20-tal strategische mineralen voor de moderne wereld:

  • 's werelds op één na grootste koperreserve;
  • een kwart van de goudreserves in de wereld;
  • 30% van de diamantreserves in de wereld;
  • meer dan 80% van de reserves van kobalt en coltan.

De mijnindustrie van de DRC omvat ongeveer 22% van het bbp, genereert meer dan drie vierde van de exportopbrengsten en levert iets minder dan 30% van de nationale begrotingsinkomsten op. 

Energie

Helaas blijft houtskool verreweg de grootste energiebron in de DRC, wat een zeer ernstig probleem van ontbossing veroorzaakt. Ongeveer 90% van de energiebehoeften van de Congolese bevolking, met name in grote stedelijke centra zoals Kinshasa, worden gedekt door het gebruik van brandhout. Het verbruik wordt geschat op ongeveer 4 miljoen m³ per jaar.

De DRC beschikt echter over uitzonderlijke waterkrachtbronnen, geschat op 100.000 MW, meer dan een derde van het potentieel van Afrika. Helaas heeft slechts 9% van de bevolking toegang tot elektriciteit, met grote verschillen tussen het stedelijke milieu (35%) en het platteland (1%). De best uitgeruste provincies zijn die van Kongo Central, Kinshasa, Grand Katanga en de voormalige Oostelijke provincie.

Naast de hydro-elektriciteit, die goed is voor 87% van de elektriciteitsproductie in de DRC, biedt ook zonne-energie mogelijkheden, hoewel de mate van zonneschijn sterk varieert van provincie tot provincie. Windenergie is niet erg ontwikkeld, hoewel het enkele interessante vooruitzichten zou kunnen bieden voor Mwanda, langs de Atlantische kust, aan de oevers van het Tanganyika-meer en op sommige plateaus, vooral in Zuid-Kivu. Energiewinning uit afvalproductie en biomassa is praktisch onbestaand ondanks het aanzienlijke potentieel dat deze energiebron in de DRC vertegenwoordigt.

In de olievelden van de Atlantische kust produceert PERENCO 1,7 tot 2,3 miljoen m³ methaangas per dag in offshore. De productiehoeveelheid op het vasteland is niet vastgesteld maar wordt geschat op ongeveer 425 duizend m³ per dag. Helaas is dit gas voor een groot deel uitwaaierend. Slechts een marginale hoeveelheid, ongeveer 75.600 m³ per dag, wordt gebruikt voor de interne behoeften van PERENCO en de levering van een gascentrale van SNEL (Société Nationale d’Électricité) van ongeveer 1 MW voor de kuststad Moanda. Het aardgas gelinkt aan Moanda is zeer rijk aan methaan (95%) en de stookwaarde ervan is ongeveer 1000 tot 1200 BTU, het equivalent van 252 tot 302 Kcal.

Het Kivu-meer, met een oppervlakte van 2.400 km², dat zich uitstrekt over de grens tussen Rwanda en de Democratische Republiek Congo, bevat meer dan 57 miljard m² methaangas in zijn diepe wateren. Rwanda exploiteert het al via een thermisch elektriciteitscentraleproject van 35 MW, genaamd "KIBUYE Power 1", gebouwd in 2007. Aan de Congolese kant wordt deze energiebron echter nog niet uitgebaat.

Petroleum

De olieproductie omvat ongeveer 25.000 vaten/dag ruwe olie, waarvan 10.000 vaten/dag offshore. Het komt uit het kustbekken in de provincie Kongo, op velden die worden geëxploiteerd door het Frans-Britse Perenco. In oktober 2017 tekende deze laatste met de Congolese regering een wijziging van het contract van de waarde van 1,5 miljard USD voor de exploratie en exploitatie van petroleum in het Congolese zeegebied.

Exploratieblokken werden toegekend aan het kustbekken en aan de Albertine Graben (Albert- en Edwardmeer, gedeeld met Oeganda), waar juniors nu actief zijn (Soco, Nessergy Dominion Petrolum, Energulf, Surestream en Oil of DRC) en majors, waaronder het Italiaanse ENI en het Franse Total.

Milieu

Watervoorziening en afvalverwerking

De DRC is de watertoren van Afrika: het land bezit 55% van de zoetwaterreserves van het Afrikaanse continent en de Congostroom en haar zijrivieren zijn het tweede meest uitgebreide bekken in de wereld na het Amazonebekken. Paradoxaal genoeg heeft slechts 22% van de totale bevolking toegang tot drinkwater.

Afvalverwerking blijft een groot probleem, met name het beheer van plastic afval en het ziekenhuisafval in een stad met meer dan 10 miljoen inwoners, zoals Kinshasa. Industriële of ambachtelijke mijnbouw veroorzaakt ook vaak verontreinigingsproblemen in de bodem, lucht en rivieren. Ongezonde omstandigheden in grote steden leiden regelmatig tot cholera-epidemieën.

Agro-industrie

De DRC heeft een uitzonderlijk agronomisch potentieel en een landbouwareaal dat ongeëvenaard is in Afrika, waardoor het op basis van intensieve landbouw 2 miljard mensen zou kunnen voeden. In plaats daarvan worden slechts 10% van de 80 miljoen hectare bouwland in de DRC bewerkt en de opbrengsten per hectare zijn gelijk aan die van de Sahel-landen, hoewel de eco-klimatologische data over het hele land gunstig zijn voor landbouw. Meer dan 60% van de bevolking leeft van landbouw, visserij en veeteelt en deze sector heeft in 2016 voor 21% tot het nationale bbp bijgedragen.

Het Nationaal Investeringsplan in de Landbouw (PNIA) voorziet in de gefaseerde invoering van 22 agro-industriële parken (PAI) dat tienduizenden hectaren zal beslaan in heel het land waarvoor de Wereldbank bereid was om 100 miljoen dollar te investeren. In juli 2014 werd het eerste PAI (Agro-industriële Park) ingehuldigd in Bukanga-Lonzo, in de provincie Kwango, over een oppervlakte van 80.000 hectare. Beheerd door het Zuid-Afrikaanse consortium Africom, werd het gefinancierd door meer dan 85 miljoen USD door de Congolese regering, maar de resultaten van de eerste oogsten waren zeer teleurstellend, ruim onder wat was aangekondigd.

Bosbouw

De Democratische Republiek Congo heeft ongeveer 135 miljoen hectare natuurlijke bossen, met een dekkingsgraad van bijna 60% van het grondgebied, 10% van de tropische bossen in de hele wereld en 45% van die in Afrika. De bosformaties zijn samengesteld uit: wouden in het bekkengebied, dichte bergbossen, regenwouden, minder dichtbezette wouden en galerijbossen, overgangsbossen, savanne en mangrovebossen. Er zijn zeldzame soorten zoals afromosia, ebbenhout, wenge, iroko, sapelli, sipo, tiama, tola, kambala, lifaki ...

Het niveau van de houtwinning (voor naaldhout) is laag, met het oog op de mogelijke productie die geraamd wordt op ongeveer 6 miljoen m³ per jaar. Inderdaad, maar ongeveer 100.000 hectare bos worden per jaar toegewezen aan de bosontginning met een jaarlijkse productie van ongeveer 500.000 m³. De bijdrage van de bossector aan het bnp wordt geschat op 10%.

Bossen worden echter niet alleen bedreigd door ontbossing in de vorm van niet gecontroleerde houtkap, maar vooral door die vorm van ‘wandelende’ tuinbouw die jaarlijks een geschatte oppervlakte van ongeveer 532.000 ha bossen bezet, en daarmee grote schade toebrengt aan de biodiversiteit.

Toerisme en natuurbehoud

Afgezien van de bossector zelf, doen zich nieuwe mogelijkheden voor om succesvol zaken te doen op het gebied van natuurbehoud en ecotoerisme. De DRC heeft 13% van het land vastgelegd als beschermd gebied: 8 nationale parken en 57 natuurreservaten en jachtgebieden waaronder 5 die opgenomen zijn in de World Heritage List van de UNESCO (Virunga, Kahuzi Biega en Garamba Salonga en het dierenreservaat voor de okapi's).

De DRC staat op de 5de plaats in de wereld in termen van mega-biodiversiteit, wat een belangrijk toeristisch en wetenschappelijk potentieel aangeeft. Naast ecotoerisme, bieden andere segmenten van de toeristische sector mogelijkheden voor interessante ontwikkelingen zoals riviertoerisme, historisch en cultureel toerisme, mijnbouw- en congrestoerisme.

Financiële sector

De Congolese banksector lijdt aan chronische fragiliteit als gevolg van onderkapitalisatie. Het heeft geleid tot twee instellingen, BIAC (International Bank for Africa in Congo) en Fibank, opgekocht door Afriland First Bank, die in 2017 failliet zijn gegaan.

Daarnaast werden de Congolese banken in 2017 gedwongen om de verplichte reserveratio's te verhogen van respectievelijk 10% tot 13% en van 9% tot 12% voor zicht- en termijndeposito's.

Terwijl het aantal rekeningen is gestegen van ongeveer 50.000 naar 6 miljoen tussen 2000 en 2016, verdeeld over 17 commerciële banken, blijft de totale balans van deze instellingen onbeduidend (5 miljard USD) voor een land van meer dan 89 miljoen inwoners. Wat het netwerk van banken verspreid over het land betreft, varieert dit tussen 10% en 12%, dat ver onder het gemiddelde van 25% in Sub-Sahara-Afrika ligt.

Er bestan kansen in de volgende sectoren: 

• Anti-witwassoftware;
• Fintech;
• IT-beveiliging van betalingen;
• Opleiding in de bank- en verzekeringssector.

Huisvesting en openbare werken

Het tekort aan recente woningen in de DRC wordt geschat op 12 miljoen. Als er niets wordt gedaan, zal het al ontoereikende aantal fatsoenlijke woningen en kantoorruimte waarschijnlijk toenemen naarmate de economische activiteit en de stedelijke bevolking toeneemt. Het land had 30 miljoen stadsbewoners in 2015, terwijl er in 2000 slechts 16,7 miljoen waren.

Het aantal inwoners (89 miljoen) en het grote gebied (2.345.410 km²) van de DRC zijn belangrijke troeven om investeringen in de woning- en vastgoedsector te waarborgen. Het woningtekort wordt geschat op 3.945.555 of 263.039 te bouwen huisvestingseenheden per jaar. De behoeften van de stad Kinshasa worden geschat op 54,4% van het totale tekort, dat wil zeggen 143.092 huisvestingseenheden per jaar.
 

Transport en logistiek

Mobiliteit in de DRC is een van de belangrijkste uitdagingen waarmee het land wordt geconfronteerd bij het veiligstellen van haar duurzame ontwikkeling. Elke vorm van transport, of het nu langs de weg, op het meer en via de rivier, het spoor of de lucht is, biedt een aanzienlijk ontwikkelingspotentieel.

Gezondheidssector

De DRC blijft een fragiel land met een overwegend zeer arme bevolking zonder de mogelijkheid om toegang te krijgen tot goede gezondheidszorg. De gezondheidsindicatoren en sociale indicatoren van het land zijn verbeterd, maar zijn onvoldoende gebleven, ver onder het gemiddelde dat vereist is om de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling te halen met betrekking tot sterfte onder de vijf jaar en de gezondheid van moeders. Om deze problemen het hoofd te bieden, heeft de Congolese regering een plan gelanceerd om de gezondheid van de bevolking te verbeteren in het kader van de strijd tegen armoede. Het doel is om kwaliteitsvolle eerstelijnsgezondheidszorg te waarborgen, met name voor de meest kwetsbare groepen om grote endemische en niet-overdraagbare ziektes te bestrijden. Deze projecten worden gefinancierd voor een groot deel door de technische en financiële partners in de gezondheidszorg: Wereldbank, UNICEF, Global Fund, GAVI (Global Alliance for Vaccines and Immunization), WHO, UNFPA (United Nations Population Fund), etc.

Particuliere investeerders en grote bedrijven financieren ook de gezondheidssector als onderdeel van de sociale verantwoordelijkheid van hun bedrijf, zoals vereist door de wet. Hetzelfde geldt voor huishoudens, die nu 45% van de gezondheidszorg financieren. Een systeem van wederzijdse ziekteverzekering begint geleidelijk vorm te krijgen, wat moet worden aangemoedigd door de voortdurende liberalisering van de verzekeringssector. Dit alles verklaart ongetwijfeld de proliferatie van privéklinieken, medische beeldvormingscentra en laboratoria voor biomedische analyse in de belangrijkste steden van het land.

Specifieke vraag of probleem?

Flanders Investment & Trade heeft een wereldwijd netwerk van experten dat uw bedrijf ter plaatse helpt.

Ontdek wat FIT voor u kan doen in DR Congo