Dankzij het akkoord tussen het VK en de EU werden importheffingen na Brexit vermeden voor goederen van EU- of VK-preferentiële origine. Om van die nultarieven te kunnen genieten moet u echter de preferentiële origine van uw goederen aan kunnen tonen en vervolgens opeisen met een oorsprongsverklaring. Hiermee geeft u aan in welk land uw product is gemaakt. Voor ondernemingen die nog nooit buiten de EU actief zijn geweest, betekent dit een belangrijke aanpassing. Wij vatten de administratieve verplichtingen voor u samen en sluiten af met een handig stappenplan.
Wat werd er afgesproken in het vrijhandelsakkoord?
Het EU-VK-akkoord betekent dat goederen van EU of VK origine niet onderhevig zijn aan importtarieven. De nultarief- en nulquotabepalingen zijn van toepassing op bijna alle goederen die aan de oorsprongsregels voldoen. Tonijn in blik of bepaalde aluminiumproducten zijn voorbeelden van producten waarvoor wel quota gelden. Handelaars kunnen zelf de oorsprong van hun goederen certificeren.
Wat zijn oorsprongregels?
Oorsprongregels geven de nationaliteit van een goed aan. Hiermee wordt bedoeld: het land waar het goed in hoofdzaak werd gefabriceerd of geproduceerd. Ze bepalen aan welke voorwaarden een product moet voldoen opdat het de nationaliteit van dat land krijgt. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen niet-preferentiële en preferentiële oorsprong.
Het akkoord tussen het VK en de EU voorziet bilaterale cumulatie en productspecifieke oorsprongregels. Die leggen voor elk product de vereisten vast opdat een goed als ‘van oorsprong’ kan worden beschouwd. Dit gebeurt op basis van een HS-code, een geharmoniseerd systeem voor de omschrijving en codering van goederen, ontwikkeld door de Werelddouaneorganisatie.
> Ontdek meer over oorsprongsregels na Brexit.
|
Wat zijn ‘producten van oorsprong’?
Er zijn twee manieren om een product als ‘van oorsprong’ te beschouwen:
- Volledig verkregen producten: goederen die uitsluitend zijn verkregen of geproduceerd in het ene land, zonder gebruik te maken van materialen uit een ander land. Bijvoorbeeld: groenten gepland en geoogst in West-Vlaanderen zijn van Belgische oorsprong. (Voor meer info, zie artikel ORIG.5 in het VK-EU-akkoord.)
-
Voldoende bewerkte of herwerkte producten: goederen die substantieel getransformeerd zijn in overeenstemming met de relevante productspecifieke regels. Er zijn drie basisregels om te beslissen of goederen voldoende bewerkt zijn:
- de meerwaarderegel: een product wordt ‘voldoende bewerkt’ geacht wanneer de waardestijging van het goed een bepaald niveau bereikt, uitgedrukt in een ‘ad valorem’-percentage (zie opmerking 4 van annex ORIG-1 in het akkoord).
- een wijziging van de tariefindeling: een afwijking van de GS-code van het product brengt eenzelfde wijziging aan de GS-code van de verpakking. Om aan te tonen dat aan de regel is voldaan, moeten bedrijven de GS-code van hun exportproduct kennen alsook alle input en de oorsprong van de input.
-
een substantiële bewerking: voor bepaalde gespecialiseerde industrieën of producten – zoals banden, chemicaliën of kledingstukken – kunnen de regels bepalen dat de bewerking in de vrijhandelszone moet plaatsvinden om het goed als product van oorsprong te kunnen beschouwen.
|
Als u goederen onvoldoende bewerkt of herwerkt in de EU, dan worden deze niet beschouwd als ‘van EU-origine’. Het EU-VK-akkoord bepaalt immers dat ontoereikende bewerkingen of verwerkingen op zich geen oorsprong verlenen (zie artikel ORIG.7 voor voorbeelden). Het volstaat bijvoorbeeld niet om producten die u invoert van buiten de EU te wassen of in te vriezen om EU-preferentiële origine te claimen.
Verpakkingsmaterialen worden over het algemeen niet in aanmerking genomen bij het bepalen van de oorsprong van uw product. Maar hierop bestaan enkele uitzonderingen (zie artikel ORIG.10). U kan bepalen aan welke vereisten uw product dient te voldoen om de preferentiële origine te vergaren op acces2markets.
> Lees meer over oorsprongregels na de brexit.
Preferentiële oorsprong onder het vrijhandelsakkoord
De mogelijkheid van zelf-certificatie
Wil u als exportbedrijf in aanmerking komen voor preferentiële tarieven bij invoer in het VK of de EU? Dan moet u op uw douaneaangifte een beroep doen op de preferentie en verklaren dat u in het bezit bent van een bewijs dat de goederen aan de oorsprongsregels voldoen. Op uw factuur of een ander handelsdocument waarop al uw producten geïdentificeerd worden, voegt u dan ook een oorsprongsverklaring toe.
Specifieke gevallen
- Registered Export System (REX): een REX-registratie is enkel nodig voor zendingen van preferentiële origine boven 6.000 euro. Als u hiervoor nog niet geregistreerd bent bij de douane, dient u eerst een aanvraagformulier in te vullen en op te sturen. Meer info vindt u hier.
-
Ontheffing voor kleine zendingen: sommige goederen kunnen worden ingevoerd zonder dat een formeel bewijs van oorsprong nodig is. (zie artikel ORIG.23).
Deze ontheffing geldt momenteel voor invoer in het VK van goederen met een waarde onder 1.000 Britse pond, ongeacht of ze voor commerciële of niet-commerciële doeleinden worden ingevoerd. Deze ontheffingen zijn echter niet van toepassing als de invoer een reeks van importen vormt die afzonderlijk worden verricht om de normale vereisten te ontduiken.
Zo claimt u preferentiële oorsprong: 2 opties
Een bewijs van oorsprong dient om aan te tonen dat de goederen als van oorsprong kunnen worden beschouwd en in aanmerking komen voor een preferentie. Dit bewijs kan twee vormen aannemen:
- een door de exporteur op een handelsdocument ingevulde verklaring van oorsprong;
- de kennis van de importeur (en het bijbehorende bewijs) over de oorsprong.
1. Via een verklaring van oorsprong
Een oorsprongsverklaring is een voorgeschreven tekst die de exporteur aan de factuur of een ander handelsdocument (paklijst, leveringsbron …) toevoegt en waarin het product van oorsprong voldoende nauwkeurig is omschreven om het te kunnen identificeren. De tekst voor zo’n verklaring vindt u hier.
Een verklaring van oorsprong kan van toepassing zijn op één enkele zending of op meerdere zendingen van identieke producten, verstuurd binnen een periode van ten hoogste 12 maanden vanaf de datum van de eerste invoer.
|
Let op: de verantwoordelijkheid voor het afleveren van de oorsprongsverklaring ligt bij de exporteur. Begaat die een fout, dan kan de douane de achtergestelde invoerrechten terugvorderen.
|
2. Op basis van de kennis van de importeur
Hierbij komt de importeur in aanmerking voor preferentiële tariefbehandeling op basis van zijn eigen kennis van de oorsprong van de ingevoerde producten. De exporteur of producent hoeft dan geen actie te ondernemen om de oorsprong van de goederen officieel te vermelden.
Als exporteur moet u wel nog informatie over de productie verstrekken (GS-code, beschrijving van productieproces, gebruikte materialen, waarde en gewicht van het product, …). Dit kan een aanvulling zijn op andere informatie, zoals bewijsstukken of dossiers, die de importeur al in zijn bezit heeft. Aangezien de exporteur sowieso de nodige bewijslast af moet leveren aan de importeur, wordt gebruikelijk gewerkt met een verklaring van oorsprong door de exporteur. Een preferentiële oorsprong opeisen op basis van de kennis van de importeur gebeurt in praktijk vooral bij zendingen tussen twee vestigingen van een zelfde bedrijf.
Bij dit systeem ligt de verantwoordelijkheid voor het bewijs van oorsprong bij de importeur. Gaat die in de fout, dan kan de douane de achtergestelde invoerrechten terugvorderen.
Welke stappen moet u ondernemen?
|
> Ontdek al onze adviezen