In 2018 steeg de Deense export met 0,8%, terwijl de import met 2,8% toenam. Deense bedrijven met meer dan 250 werknemers waren verantwoordelijk voor 46% van de export van goederen en 56% van de export van diensten (2017). Volgens een analyse van Dansk Industri zorgt de Deense export voor de tewerkstelling van 825.000 Denen. 2/3de van deze jobs is verbonden aan de export naar andere EU-lidstaten. In 2017 waren de belangrijkste afzetmarkten Duitsland (15%), Zweden (11,7%), Groot-Brittannië (8,1%), VS (7,8%) en Noorwegen (6,4%). 45.000 jobs zijn gebonden aan de export naar Groot-Brittannië. Vandaar dat het Deense bedrijfsleven bijzonder bezorgd is over de gevolgen van Brexit. Denemarken exporteert vooral zuivelproducten, varkensvlees (en andere vleeswaren), vis en enzymes naar Groot-Brittannië.

Denemarken heeft de laagste inflatie in de EU. Men verwacht dat deze in 2019 lichtjes zal stijgen.

Volgens cijfers van Danske Bank steeg de tewerkstelling in 2018 met 1,9%. Enerzijds melden bedrijven in een aantal sectoren een tekort aan geschoolde werknemers. Anderzijds is er een trend waar te nemen dat Deense bedrijven eerder een afwachtende houding aannemen voor het aanwerven van nieuwe medewerkers wegens het vertragen van de globale economie. Er zijn dus geen duidelijke trends waar te nemen op de huidige arbeidsmarkt. Toch verwacht men dat de tewerkstellingsgroei in 2019 en 2020 zal toenemen. Dit zal vooral te wijten zijn aan het feit dat de officiële pensioensleeftijd in de periode 2019-2022 zal stijgen, waardoor oudere werknemers langer op de arbeidsmarkt blijven. De arbeidsfrequentie van 65-74 jarigen bedraagt momenteel 12,2% in Denemarken, hetgeen hoger is dan het EU-gemiddelde (België: 4,2%). De brutowerkloosheid bedroeg in april 2019 3,7% (103.100 werklozen). Vooral in de bouwsector is er een gebrek aan geschoolde werklui merkbaar, alsook in de gezondheidssector en IT.

De laatste 20 jaar is de productiviteitsgroei in de Deense industrie zeer laag geweest in vergelijking met andere landen. Volgens recente cijfers van Danmarks Statistik is de productiviteit met 2% gestegen tussen 2017 en 2018.

In 2018 was het Deense bbp met 1,4% gegroeid en bedroeg het 382.900 DKK per inwoner. 1/3de van het bbp wordt geproduceerd in Kopenhagen en omgeving.

Er is een bescheiden groei van de privéconsumptie waar te nemen. De meeste Denen focussen op het afbetalen van leningen en op pensioensparen.

De Deense staatsbegroting voorziet een stijging van de uitgaven in de openbare sector van 0,5%. Dit is de laagste stijging in de afgelopen 13 jaar. Er moeten parlementaire verkiezingen plaats vinden vóór 17 juni 2019 en de consumptie in de openbare sector is één van de kernpunten. Door de felle vergrijzing van de bevolking zou de gezondheids- en welzijnssector meer financiering moeten krijgen om het huidige dienstverleningsniveau te kunnen behouden.

Meer weten

• http://www.oecd.org/eco/surveys/Denmark-2019-OECD-economic-survey-overview.pdf